Parasja van de Week

Dus eet je brood met vreugde, drink met een vrolijk hart je wijn.
God ziet alles wat je doet allang met welbehagen aan.

Kohelet 9:7

___________________________________________________________________

Sjabbat 29 oktober 2022/ 4 Chesjwan 5783, Noach, Beresjiet /Genesis 6:9 – 11:32

            Tanach blz. 13 – 22

Haftara: Jesjajahoe 54:1 – 55:5

            Tanach blz. 892 – 894

Vertaler: Bram Lagendijk

CommentaarDaniel Nevins is voormalig decaan van het Pearl Resnick rabbijneninstituut van de Jewish Theological Seminary in New York.

Oorspronkelijke Engelse tekst 

__________________________________________________________________________.

Een boot en een toren bouwen

Voelt het de laatste tijd of het lot van de wereld op het spel staat? Zo ja, dan lijkt het wel of de Tora onze bezorgdheid wil bevestigen en vergroten. Temidden van verontrustende gebeurtenissen en beelden zijn we aanbeland bij sidra Noach, het rampenscenario bij uitstek.

In feite omvat deze afdeling van de Tora twee rampen, die elk betrekking hebben op een afzonderlijke situatie van politieke angst. De eerste dient zich aan als een natuurramp – stijgende  watervloeden die alle menselijke bewoning op het land zal wegvagen – maar die de Tora wijt aan het gevolg van menselijke onverantwoordelijkheid. Een gemankeerde held slaagt erin te redden wat er te redden valt en de samenleving weer op te bouwen, maar pas nadat die zware verliezen heeft geleden.

De tweede calamiteit is meer een ingebeelde ramp dan een actuele dreiging, waarbij door angst gedreven beleid leidt tot zelf veroorzaakte schade. De bouwers van de toren van Babel zijn doodsbang om door het land te worden verspreid en hun identiteit te verliezen. Ze reageren door een enorme ‘wolkenkrabber’ te bouwen om “onszelf beroemd te maken”, maar in plaats daarvan worden ze zowel fysiek als cultureel verspreid, vervreemd en afstandelijk van elkaar.

Het zou simplistisch zijn om een vergelijking te trekken tussen de twee rampen van sidra Noach en de angsten die door politieke partijen worden geuit. Toch lijkt het erop dat kiezers  aan de ene kant  van het politieke spectrum zich niet zelden zorgen maken over rampen zoals klimaatverandering en mislukte economieën – rampen die worden veroorzaakt of verergerd door menselijk wangedrag en die de capaciteit hebben om hele steden, zo niet naties, te vernietigen. Hierin zijn ze als Noach en zijn familie. Kiezers van andere partijen daarentegen lijken op de bouwers van de toren. Ze worden bezield door angst voor immigratie en verloren hegemonie, zowel cultureel als financieel. Ze reageren met steun voor een ‘torenbouwer’ wiens naam een verzamelpunt is om hun zaak te versterken en te concentreren.

Het zondvloedverhaal is in verhouding ondubbelzinnig, ondanks dat het tekstueel complex is. De mensheid heeft zich overgegeven aan chamas, een Hebreeuws woord dat ‘geweld’ betekent. De Schepper walgt zo van dit gedrag dat Hij ‘spijt’ heeft van het scheppen van mensen, en besluit om opnieuw te beginnen met Noach en zijn familie (Beresjiet/Genesis 6:11-18). Noach is een verre van perfecte held. Hij lijkt verwijderd van anderen, zowel van zijn familie als van zijn buren. Hij probeert niet eens om met God in discussie te gaan of een verbond van rechtvaardigen te smeden om de ramp af te wenden. Hij gaat meteen aan de slag met de bouw van zijn ark, opgeslokt door de talloze details die nodig zijn om het zeewaardig te maken, maar hij slaagt er niet in sceptici te overtuigen van de gevaren of van de noodzakelijke beslissingen om een ​​ramp af te wenden. In het aangezicht van enorme bedreigingen concentreert Noach zich op technische details en slaagt hij er niet in de harten van zijn potentiële gehoor te bereiken. Is Noach een succesvolle leider? Misschien, maar we kunnen ons afvragen of meer succes mogelijk was geweest met een minder behoedzaam iemand en een meer open communicatiestijl.

Wat bezielt de torenbouwers? Is het zo erg om je door het land te verspreiden? Heeft God de mensheid niet bevolen vruchtbaar te zijn en zich te vermenigvuldigen, de wereld te vullen en zelfs te veroveren? De rabbijnen van weleer begrepen dat de torenbouwers niet minder van plan waren dan God te verdringen. In de Talmoed (BT Sanhedrin 109a) verbindt rabbijn Nathan Beresjiet 11:4 “laten we onszelf beroemd maken” met Sjemot/Exodus 23:13 “roep geen andere goden aan”. Beide teksten verwijzen naar afgoderij. Deze interpretatie is namens verschillende rabbijnen opgetekend in de midrasj-literatuur. Tanchoema vermeldt de stelling van rabbijn Sjimon ben Jochai dat de bouwers van plan waren een afgodsbeeld op de toren te plaatsen om alle door God aan hen gestelde eisen af te weren. Ze waren bang en gebruikten het afgodsbeeld voor zelfverdediging. Een gelijktijdige traditie die begint met Mechilta van rabbijn Jisjma’eel legt uit dat dit torenproject uitsluitend over arrogantie ging. De mensen wilden zichzelf rijk en beroemd maken, maar in plaats daarvan werden ze gestraft door berooide vluchtelingen te worden.

De middeleeuwse commentator rabbijn Avraham ibn Ezra legt uit dat de mensen van Babel indruk probeerden te maken op latere generaties met hun prestaties, zodat gezegd zou worden: “Wat een geweldige toren hebben ze gebouwd!” Dit verlangen naar grootsheid en reputatie was ook hun ondergang, en leidde hen juist naar de catastrofe waar ze het meest bang voor waren: verspreiding, verwarring en verloren hegemonie.

Rabbijn Shlomo Ephraim ben Luntschitz merkt in zijn zeventiende-eeuwse bijbelcommentaar Keli Jekar op dat het bouwproject in essentie niet slecht was. Wellicht wilden de mensen enkel burgertwisten voorkomen door hun stad uit te breiden en plaats te maken voor meer inwoners. Maar toen ze zeiden: “Laten we onszelf beroemd maken”, lieten ze zien dat hun ware redenen veel infamer waren: roem en macht waren hun uiteindelijke doelen, niet vrede en welvaart voor iedereen. En dus faalden ze.

Ik ga ervan uit dat de lezers van dit commentaar zo hun eigen gedachten hebben bij zowel deze afdeling van de Tora als bij het huidige politieke klimaat. Misschien kunnen we het toch over een paar dingen eens zijn. Ten eerste ziet niemand er geweldig uit aan het einde van deze afdeling. Ten tweede zorgt angst voor slecht beleid, terwijl moreel gedrag de ultieme ark is om een ​​storm uit te zitten. Als een samenleving haar kernwaarden kan benoemen en rationele stappen kan zetten om de uitdagingen aan te pakken, kan het eindresultaat nobele kracht zijn in plaats van desintegratie. Arrogantie ondermijnt uiteindelijk zelfs goede bedoelingen. Het bouwen van een toren is niet per se slecht, maar de voortdurende behoefte om jezelf beroemd te maken zal zeker tot ondergang leiden. Uitbreiding van de mate van verantwoordelijkheid en van vergelding is de manier om de calamiteiten te voorkomen die onze voorouders begrepen en die wij vandaag de dag het hoofd moeten bieden.

Sidra Noach verzacht de bittere smaak van de dubbele ramp door aan het einde de familie van Avram en Sarai te introduceren. Zij zijn voorbeelden van mededogen, moed en verantwoordelijkheid. Mogen we zulke leiders waard zijn, en mogen we allemaal de verantwoordelijkheid nemen voor onze toekomst door hen te steunen die staan ​​voor morele waarden en effectief beleid.